In veel sporten is het normaal dat mannen en vrouwen in verschillende competities strijden. Of het nu om voetbal, tennis, boksen of een andere sport gaat, de dames hebben hun eigen competitie en nemen het meestal niet op tegen mannen. Er zijn ook een paar sporten, waaronder korfbal, waar eigenlijk altijd gemengd gespeeld wordt, en er zijn sporten waar gemengd dubbelspel gespeeld wordt, zoals badminton en (tafel)tennis. Autosport is in principe een sport die gemengd ‘gespeeld' kan worden (gereden is misschien een beter woord), alleen halen veel vrouwen de selectie van de topsport niet. Om vrouwen in de autosport ook een kans te geven om op hoog niveau mee te doen, komt er vanaf 2019 een speciale klasse voor vrouwen: de W Series (Women's Series). Omdat er in autosport best wat geld omgaat, ben ik best benieuwd wat de dames in de autosport kunnen verdienen en winnen.
Waarom halen vrouwen vaak het topniveau niet in autosport? Het is en blijft een feit dat vrouwen minder snel zijn en minder kracht hebben dan mannen die op hetzelfde niveau sporten. Dit geldt eigenlijk voor elke sport. Of het nu om hardlopen gaat, of bodybuilding, of welke sport dan ook, op het hoogste niveau moeten vrouwen in mannen over het algemeen hun meerdere erkennen. Records op het gebied van snelheid liggen bij mannen lager dan bij vrouwen, en waar het gaat om bijvoorbeeld springen, liggen de records hoger bij mannen.
Voordat nu iedereen over me valt, ik ben zelf vrouw, en ik verzin de feiten niet. Neem wat ‘simpele' voorbeelden:
Positieve uitzondering op het rijtje is het record bij discuswerpen, daar staat Gabriele Reinsch met 76,80 meter voor op Jürgen Schultz die ‘maar' 74,08 meter gooide.
Hoewel het in de autosport om een snelle bolide gaat, in combinatie met het feit dat deze technisch ook goed moet zijn, is dat niet het enige. Er komt een stuk techniek bij kijken, hoe je dus rijdt. En hoewel zowel mannen als vrouwen kunnen leren racen, rijden mannen en vrouwen nu eenmaal toch anders. Noem het instinct, maar vrouwen zijn nu eenmaal voorzichtiger, bijvoorbeeld bij inhalen. Een derde punt is toch wel dat autoracen ook een stuk uithoudingsvermogen en kracht vereist, het is nu eenmaal anders dan jouw ritje naar en van je werk. En dan komen we er toch weer op dat mannen en vrouwen ook hierin verschillen.
Dus in de lagere klassen en bij de jeugd, of bijvoorbeeld in karten, kunnen vrouwen net zo succesvol zijn als mannen. Of meisjes als jongens. Toch is het gros van de autosporters van het mannelijke geslacht, simpelweg omdat de autosport nu eenmaal meer jongens dan meisjes aantrekt. Net als bij voetbal en andere typische ‘mannensporten'.
Het aantal vrouwen dat actief is in de autosport, op hoog niveau, is zeer laag. In de formule 1 reden slechts 2 vrouwen ooit mee, beide Italiaanse, één eind jaren 50 (Maria Teresa de Filippis reed destijds 3 races) en één in de jaren 70 (Lella Lombardi reed 12 races en werd een keer zesde). Sinds die tijd is er geen vrouw die verder kwam dan reservecoureur in de F1. In andere klassen rijdt wel incidenteel een vrouw, zoals in de Formule 3 (de 17-jarige Duitse Sophia Flörsch) en in de Indy500 (de Amerikaanse Pippa Mann, 35 jaar oud).
Om het voor vrouwen aantrekkelijk te maken om ook meer met autosport te gaan doen, komt er dus per 2019 de W Series bij. Oftewel de Women's Series, de vrouwencompetitie. Door vrouwen hun eigen competitie te geven, hebben meer vrouwen kans om bij de wereldtop te komen en blijven. Toch is niet iedereen het daarmee eens.
Sponsoren steken namelijk liever geld steken in een mannelijke coureur dan in een vrouwelijke, en houden de vicieuze cirkel in stand. Als er niet meer geld komt voor vrouwen, komen ze niet tot de top, maar als ze niet in de picture komen, komt er ook niet meer geld voor ze. Door een speciale klasse op te richten, zou je toegeven dat vrouwen niet bij de (algemene) top horen en geef je de sponsoren gelijk dat ze liever mannen sponsoren.
De eerder genoemde Flörsch en Mann zijn dan ook tegen de nieuwe klasse en noemen het een stap terug. Flörsch stipt aan dat bedrijven ook geen speciale vrouwendirectie hebben. Daar heeft ze een punt. Zij wil gewoon strijden tegen de besten in haar sport, en het label man of vrouw zou hierbij niet uit mogen maken. En ook daar heeft ze natuurlijk wel een punt.
Oud Formule 1 coureur David Coulthart is het uithangbord voor de nieuwe klasse. Hij hoopt dat met de W Series, de autosport meer bereikbaar wordt voor vrouwen. Als er een eigen klasse komt, kunnen sponsoren zien dat vrouwen in de autosport er ook toe doen. En de speciale klasse betekent niet dat vrouwen niet meer in de andere klassen mee kunnen doen, ze kunnen alsnog (ook) rijden tegen de mannen.
Het is dus vooral bedoeld als opstap, of als manier om vrouwen exposure te geven in de autosport. De Nederlandse Beitske Visser, begenadigd kartrijdster, ziet het dan ook als een positieve stap. Zij heeft zelf ook moeite met het vinden van sponsoren. Inmiddels rijdt ze wel in de toerwagens van BMW, in hun talentenprogramma.
Ik neig er toch naar om de voorstanders gelijk te geven: het zou een mooie en goede stap zijn om vrouwen de kans te geven om ook op hoog niveau te rijden. De tegenstanders hebben zeker ook een punt, maar de afgelopen jaren (decennia) hebben wel aangetoond dat niet meer dan een handvol vrouwen het redden op hoog niveau. Als er een speciale klasse nodig is om de wereld, en de sponsoren, te laten zien dat vrouwen wel degelijk goede coureurs zijn, moeten we dat naar mijn idee alleen maar omarmen. En dan hopen dat het over een aantal jaar misschien niet meer nodig is, die speciale W Series, en dat vrouwen net zo goed sponsoren kunnen vinden in de autosport.
In de lente van 2019 gaat het dameskampioenschap, ondanks alle commentaren, van start. De vrouwen zullen allemaal in dezelfde auto rijden, namelijk Tatuus T-318 Formula 3 wagens. Hierdoor is er voor geen enkel deelnemer voordeel te behalen door een betere of snellere auto, iedereen is gelijk. En het komt du neer op techniek en lef.
Er worden 18 tot 20 vrouwen geselecteerd, die flink getraind zullen worden. Ze krijgen technieken geleerd, moeten rijden in simulators én op het circuit om te oefenen maar moeten daarnaast ook fitnessen (voor uithoudingsvermogen en kracht), ze krijgen les in de techniek van een auto (dus niet alleen in het rijden) en krijgen mediatraining. Het is de bedoeling dat de dames ‘vlieguren' opbouwen zodat ze meer ervaring opdoen, en de W Series wordt dan ook vooral gezien als springplank voor hogere klasses.
De eerste competitie zal bestaan uit 6 races, waarvan de eerste van 30 minuten in mei 2019 plaats zal vinden. De races zullen komend seizoen op bekende Europese circuits verreden worden, maar het is de bedoeling dat dit in de toekomst uit gaat breiden naar bijvoorbeeld Australië, Azië en Amerika. Bekend is dat in ieder geval één van de races in Groot Brittannië gereden zal worden.
In de Formule 1 is er behoorlijk wat prijzengeld te verdelen. Een topteam gaat zo met een paar honderd miljoen dollar naar huis aan het einde van het seizoen. Coureurs als Vettel, Hamilton en Alonso verdienen dan ook met gemak 30 miljoen of meer op jaarbasis. Daar staat tegenover dat er in een Formule 1 seizoen 21 races gereden worden, dat is wel ruim 3 keer zoveel als waar de W Series mee begint. Toch, in 2016 was er in de Formule 1 bijna 2 miljard dollar prijzengeld te verdelen. Ferrari kreeg daarvan $350 miljoen.
Om een eerlijker vergelijk te maken, kunnen we misschien beter kijken naar de Formule 3, die in vergelijkbare auto's rijden. De Europese Formule 3 is bedoeld als opstap voor jonge coureurs (rookies) naar de Formule 2 en 1. Er wordt dan ook nauwelijks prijzengeld toegekend. Sinds 2017 kent de Formule 3 een prijzenpot van €500.000, met de volgende verdeling:
Vergeleken met de Formule 3 komen de dames in de W Series er best goed vanaf. De totale prijzenpot is $1,5 miljoen, het drievoudige van de F3 prijzenpot. Een half miljoen gaat naar de winnende coureur, de rest wordt verdeeld onder de teams.
Maar vergeleken met de Formule 1 is dit natuurlijk een lachertje. Daar is gewoon 1200 keer zoveel te verdelen…. En dat voor ‘slechts' drie keer zoveel races. Dus als dat half miljoen de dames ook financieel op weg moet helpen richting de top, dan moeten ze flink hun best doen. Maar eerlijk is eerlijk, ze hadden ook kunnen zeggen dat er alleen een onkostenvergoeding wordt gegeven, dus alles is mooi meegenomen.
En wie weet, als de dames het net zo goed doen als de Nederlandse voetbaldames, komt er misschien wel meer interesse, dus betere deals en grotere sponsorbedragen, en wordt het écht wat met de vrouwen in de autosport.