Vakantiedepressie

Vakantiedepressie

We hadden al een lange grijze winter dit jaar. Niet echt koud, maar vooral grijs. In mijn beleving heb ik in de afgelopen wintermaanden weinig zon gezien. Statistieken hou ik er niet van bij, dat doen de weerkundigen wel, maar ik was in ieder geval toe aan de zon, de zomer en de korte broek.

De korte broek inderdaad, want die staat voor mij symbool voor de beleving van de zomer.

Procent Transparant geplaatst in Over knaken door Procent
op 9 augustus 2023
laatste update: 9 augustus 2023
Vakantiedepressie

Toen Procent nog een Procentje was

Toen ik nog een klein procentje was, was het heel gebruikelijk om maandenlang in een korte broek te lopen. De winterkleding werd opgeruimd en in grote zakken in de kast gelegd, samen met de dikke dekens.

De zomerkleding volgde de omgekeerde route, samen met de sprei die nu een paar maanden op mijn bed mocht bivakkeren. De lange broeken lagen dus de hele zomer in de kast. Althans, zo herinner ik het me.

Misschien dat ik daarom zo graag de korte broek draag. Dan krijg ik weer het prettige gevoel dat ik iedere dag onbekommerd buiten kan gaan spelen.

Op vakantie gaan was een feest. Ongeacht het weer. Regen of zon, warm of koud, wolken of een heldere blauwe hemel? Ik kan me niet herinneren dat ik er ooit last van heb gehad.

Zelfs het scheppen van een afwateringsgootje rondom de tent was een mooie opdracht. Plassen waren om in te springen en modder om in te rugbyen en te glijden. Met mijn rubber laarzen verkeerd om aan, met daarboven de onvermijdelijke schaafwondjes rondom de knieën, kwam ik de zomerdagen op de camping prima door. Nog een weekje er bij? Graag!!

Regenplas

Kamperen in de regen

Hoe anders was dat toen ik als een volwassen Procent met vrouw en twee mini procentjes ging kamperen met een tent en tegenvallend weer. Bij gebrek aan een aanhangwagen had ik een dag van tevoren met een bestelbus de gigantisch zware bungalowtent, bedjes, boxen, kookstel, stoelen, pannen en potten afgeleverd op de camping en alles goed ingepakt onder een groot zeil.

De dag van het definitieve vertrek regende het onafgebroken. Het gevolg was dat er twee doorweekte kinderen achterin de auto zaten. Plassen waren ook thuis immers om in te springen. Voorin zaten twee half doorweekte volwassenen, één in korte broek, die hun uiterste best deden er de goede moed in te houden.

We hadden ons er zo op verheugd. Het hele jaar keihard gewerkt en keihard vader en moedertje gespeeld. Eindelijk zou dat slopende ritme even onderbroken worden en zouden we drie weken gaan genieten. Ik uiteraard uit te tekenen in korte broek.

De voorpret was leuk geweest. Samen met de kinderen de tent opzetten op het grasveldje voor de deur. Naar de campingwinkel om allerlei vrolijk gekleurde bordjes en bekers aan te schaffen. Zaklampen, genoeg batterijen en een lichtgewicht pannenset kwamen ook in het winkelwagentje terecht en voor de kinderen vliegers, waterpistolen en ander typisch zomerspeelgoed.

Eenmaal op de camping regende het ook daar onafgebroken. Je kunt moeilijk de hele dag in de auto blijven zitten, dus die tent moest opgezet worden. De twee mini procentjes vonden het wel een goed idee om springend van plas naar plas met hun rubberen laarzen verkeerd om aan de zandbak te gaan verkennen, terwijl wij, door en door nat, ploeterden met “hoe zat het ook al weer” stokken en tentzeilen.

Het lukte ons om, bijna zonder te vloeken, de tent keurig strak op te zetten en in te richten. Een soort van tevreden dronken we onder de luifel ons eerste bakkie camping koffie uit een kleurige plastic beker. Ik had wel koude beentjes, dat wel.

Hoe het verderging...

Dag twee hingen de tent en de luifel vol met natte handdoeken, heel veel natte kinderkleertjes en onze natte outfits van de vorige dag inclusief twee korte broeken. Een soort van ontevreden dronken we de hele dag eindeloos bakkies campingkoffie uit onze vrolijk gekleurde plastic bekers.

De kinders hadden inmiddels al vriendjes gevonden op de camping. Samen sprongen ze vrolijk van plas naar plas richting de zandbak en groeven snel vollopende grachten rond hun zandkastelen. Ook ontdekten ze dat een waterpistool het ook prima deed in de regen. Jammer dat wij de schietschijven waren. Best koud dat water op je blote benen.

Dag drie zaten we een soort van heel erg ontevreden, ik in trainingsbroek, aan ons zoveelste bakkie niet te zuipen campingkoffie uit die irritant vrolijk gekleurde lelijke plastic bekers. De waslijnen in de tent en onder de luifel hingen inmiddels overvol met niet drogende kleding en handdoeken. Zelfs de kleding in de tassen en koffers was vochtig.

De kinderen hadden nog dapper meegeholpen met het graven van een afwateringsgootje rondom de tent, maar daarna waren ook zij de regen langzaam beu. Hangerig en zeurderig voegden ze zich bij ons onder de luifel.

Dag vier waren we thuis.

Aan iedereen die de afgelopen weken gekampeerd heeft in eigen land: ik leef met jullie mee!

on air