Op de foto: HC team in Casino Regina Saskatschewan Canada, augustus 1996.
Holland Casino had internationale aspiraties. Een uitgebreide delegatie van Holland Casino helpt het casino in Canada opzetten, uiteraard ook met ervaren ‘speurneuzen’.
“Op een dag was ik samen met Rob en Koos met de metro onderweg van het casino naar ons hotel. Ik moet er nog bij vertellen dat er met enige regelmaat collega’s van ons door anderen in de maling werden genomen en dat je in principe altijd op je hoede moest zijn.
Maar noch Koos of ik hadden iets in de zin. Koos en ik zaten samen wat te keuvelen en Rob die tegenover ons zat, hij is van nature zeer nieuwsgierig en sensitief, kreeg een gedeelte van ons gesprek dat eindigde met een lach niet mee.
'Oh,' zei hij, 'Ik weet al wat jullie van plan zijn. Als we straks bij het volgende station aankomen dan lopen jullie zogenaamd naar buiten en dan springen jullie op het laatste moment weer in de metro. En dan blijf ik alleen achter. Lachen!'
Zowaar als ik dit verhaal nu aan het papier toevertrouw is het dat noch Koos noch ik iets dergelijks in de zin hadden. Maar het bijzondere was dat we allebei zonder een woord te wisselen wisten wat ons bij het volgende station te doen stond. Wij moesten er daar overigens echt uit.
Maar Rob, geen held in omgeving en oriëntatie, had geen idee waar hij uit moest stappen. Hij vertrouwde er gewoon op dat anderen hem terug wisten te brengen naar ons hotel. Maar goed, de metro reed het station binnen en Koos en ik maakten aanstalten om uit te gaan stappen.
Om Rob te laten geloven dat wij zouden gaan doen wat hij nota bene zelf bedacht had, deden wij van alles om hem dat ook te laten geloven. 'Kom Rob,' zei Koos, 'We moeten er hier echt uit!' 'Ja, ja,' antwoordde Rob die stoïcijns bleef zitten. Ik deed er nog een schepje bovenop, 'Kom op Rob, we nemen je echt niet in de maling, we moeten er hier echt uit en wij springen echt niet terug in de metro om jou dan helemaal alleen achter te laten.'
Nou was de kwalificatie “echt niet” voor Rob de overtuiging dat dit dus echt wel betekende. Maar toch twijfelde hij. Hij stond op en liep met ons mee naar de deur van de metro die inmiddels was opengegaan. Natuurlijk liepen wij niet gelijk door en hielden ons op bij de deur. Rob bleef in de metro staan, ervan overtuigd dat wij op het laatste moment weer in zouden stappen. Daar was het signaal dat de deuren gingen sluiten. Koos en ik maakten nog een schijnbeweging richting Rob en die bleef gewoon lekker binnen staan. De deuren sloten zich.
Nooit vergeet ik meer het verbaasde gezicht van Rob die ons door de ramen van de metro aankeek terwijl de metro langzaam begon te rijden. Rob kon nog net zien dat wij allebei door ons knieën zakten van het lachen en de metro verdween uit zicht, ons met verbaasde reizigers achterlatend op het perron.
Wat hadden we een plezier onderweg naar ons hotel. We gingen aan de bar zitten om de komst van Rob af te wachten. Nou dat duurde uren. Toen Rob eindelijk in het hotel arriveerde en wij hem met een smakelijke lach verwelkomden was het nog niet over met de pret. Rob vertelde dat hij was doorgereden naar het volgende station en daar was hij uitgestapt.
Vervolgens had hij op ons staan wachten want hij was overtuigd dat wij in de volgende metro waren gestapt. Toen deze arriveerde moest hij natuurlijk razendsnel alle rijtuigen langs om te zien om wij daarin zaten en groot was zijn teleurstelling dat dit niet zo was. Uiteindelijk wachtte hij nog een metro af en toen we daar niet in bleken te zitten is hij het station uitgegaan. Maar ja, dat was het verkeerde station.
Na enige tijd door Montreal te hebben gezworven heeft hij een taxi aangeroepen en kon hij de weg terugvinden. De lezers kunnen zich voorstellen dat wij nog heel lang daarna hebben gegierd van het lachen en bij het schrijven van dit in middels toch wel lange verhaal kan ik opnieuw een glimlach niet onderdrukken."
"In het begin waren veel gepensioneerde ouddienders bij beveiliging, die dit als een bijverdienste als aanvulling op hun kleine pensioen. Deze oude wolven liepen als vanouds met de handen op de rug en midden in de speelzaal te “patrouilleren”, je zag gewoon de slijtage in de vloerbedekking.
Helaas hadden ze maar weinig begrepen van het spel.... tijd voor verkorte speluitleg.... Toen een van de oud-adjudanten vroeg of rood evenveel uitbetaalde als zwart, wist de stichting genoeg en werden jongere, professionele politiemensen aangenomen, die vanzelfsprekend ook hun speltechnische cursussen moesten halen. Wat later erg handig bleek bij allerlei video-opnames, toen het camerasysteem werd geïntroduceerd.
Toen een nieuwe securitybaas werd aangenomen, die ook te maken kreeg met begrotingen en zo, werden we op anonieme observatie in het buitenland gestuurd met de zijns inziens zeer slimme opdracht; als de ene op rood zet en de ander op zwart, dan houden we het speelgeld in de hand.
We hebben hem uitgelegd dat dit dé garantie is om op te vallen als observant en dringend verzocht een andere baan te gaan zoeken als boekhouder.
De afdeling bedrijfsbeveiliging bestond toentertijd uit bedrijfsrechercheurs (politiemensen) en bewakers met hond. In de roerige tijden moesten we wel eens mensen uit de zaal en rond het gebouw met enige druk verwijderen en daar waren de honden een goed hulpmiddel bij.
Een collega, oud-commando, klein van stuk maar voor de duivel niet bang, stond voor een groep onwillige personen en vorderde 3 x (zoals dat hoorde) het gebouw en later het park voor het casino te verlaten, anders zou geweld worden gebruikt. En daarbij wees hij op de hond die (dacht hij) achter hem stond. Echter het beest was door een van de oproerkraaiers geschopt en afgedropen, dus kon ons menneke niet anders dan met een aantal goed gerichte karatetrappen de dichtstbijzijnde relschoppers de fontein insturen. Of daarom later door dit heldhaftig optreden de honden zijn afgeschaft, weet ik niet....
Schoonmaakster met link naar een criminele familie, die o.a. gespecialiseerd was in brandkastkraken, werkte via een uitzendbureau in de geldtelruimte en kluis en dat vonden we bij bedrijfsbeveiliging maar niks, dus zij werd niet langer meer opgeroepen.
Dat vond de familie ook maar niks en twee weken later werden we op een drukke zaterdagavond verrast met loslopende ratjes en muizen. Deze waren via 2 handtassen van vrouwelijke familieleden onder de FR geplaatst. Tijdens het vangen werd een directeur gebeten en liet een 1e zaalchef zich gelden als de rattenvanger van Valkenburg. Met welgemikte schoppen verkocht hij de ratjes doodschoppen.
Een geluk bij een ongeluk was dat de diertjes van inferieure kwaliteit waren, de meesten waren al half bewusteloos, dus vangen ging redelijk snel.... en de andere gasten? Die stapten over de diertjes om zo snel mogelijk weer te kunnen inzetten. We hebben sportief naar de familie gereageerd: 'Wij weten wat jullie weten, we laten het hierbij'.
Met een collega anonieme observatie in (voormalig) oost Duitsland, Dresden en Leipzig kwaliteitscontrole en onderzoek naar teruglopende resultaten. Zitten daar tegenover elkaar aan FR te spelen als reguliere spelers en tegelijk te observeren.
Zo opvallend dat we dus niet opvielen. Opeens zat ik in een 'gluckstrene' en ik bleef maar winnen, kennelijk met een brede grijns op mijn gezicht... staat de collega op, loopt om de tafel naar mij toe en sist in mijn oor 'haal die grijns van je gezicht of ik vertel hier hardop waarom jij hier bent'."