S=1/f=1/v+1/b uitkomst is plus 7,5 links, plus 8,5 rechts
Wanneer je goed kijkt, dan zie je wel wat ik bedoel. Het is de natuurkundige formule om te berekenen hoe goed of slecht je ogen zijn. In mijn geval dus plus 7,5 links en plus 8,5 rechts.
Na een flink potje oogballen boksen in mijn allereerste ontwikkelingsstadium kwam links als uitermate dominant uit de strijd. Rechts heeft zich bij die nederlaag neergelegd en gaat sindsdien als lui door het leven.
Gevolg: afgeplakte ogen, jampotglazen, ziekenfondsbrilletjes en twee hersteloperaties. Die laatste waren nodig omdat ik het wel beu was om als professioneel scheelkijker door het leven te gaan.
Zielig? Vroeger wel, maar sinds ik contact heb gemaakt met de lens is alles anders. Toen was ik af van die lelijke zware monturen en zware glazen waardoor je ogen twee keer zo groot leken. Af van het constante gevecht met dat hulpstuk op mijn neus.
Maar niet al te beste ogen hebben, heeft ook zo zijn voordelen. Je andere zintuigen, inclusief het zesde, zijn beter ontwikkeld dan gemiddeld. Je moet immers toch op tijd gevaar kunnen herkennen. En als je het niet kunt zien, dan moet je het wel ruiken, horen of (aan)voelen.
Met name het horen is wel interessant. Ik kan namelijk echt mijn oren spitsen. Horeca-oren noemen wij dat ook wel.
Ook al is het enorm druk met veel geluiden, op een vol terras bijvoorbeeld, dan kan ik mijn richtmicrofoons aanzetten en een gesprek twee tafeltjes verderop letterlijk volgen. Dat levert soms hilarische, ontroerende of verbazingwekkende sound bites op. Vooral omdat je de mensen naar wie je luistert niet kent, geen context weet, maar alleen dat korte gesprekje mee krijgt.
Hieronder zal ik vier voorbeelden geven die me bijgebleven zijn. De teksten zijn misschien niet meer helemaal letterlijk in mijn geheugen opgeslagen, maar het komt aardig dicht in de buurt.
Grote brede kerel komt de rookruimte van het Holland Casino binnen: “Hey, jij ook hier? Wat doe jij hier? Jij zou toch niet meer spelen en eerst mij die 500 terugbetalen? Heb je het bij je dan?”
Aangesproken gast neemt relaxed een trekje van zijn sigaret. “Ja man, was ook de bedoeling maar ik was je telefoonnummer kwijt. Ik kreeg de kans om mee te doen aan dit pokertoernooi, met daarbij interessante cash games. Veel vis vandaag. Dat geld komt goed, geen probleem. Ik moest alleen twee rebuys doen omdat ik verloor met Azen en Koningen.
Nu zit ik short in cash voor die cash games straks en ik heb al een paar vissen gesproken die mee gaan doen. 1-2 no limit dus dat gaat er wel op. Heb jij niet toevallig nog 500 reserve die ik even zou kunnen lenen vandaag? Je weet dat ik goed voor mijn geld ben.”
Na nog wat heen en weer gebabbel haalt de grote brede gast 500 uit zijn zak en geeft die aan de vrager. De eerste verlaat de rookruimte. De ander steekt relaxed nog een sigaretje op en mompelt: “zo, die zijn ook weer binnen” en stopt de zojuist gekregen vijf biljetten van honderd euro bij de reuzestapel bankbiljetten die hij net uit zijn broekzak heeft gehaald.
Een groepje scholieren op de fiets. Gemiddeld een jaar of veertien schat ik. Een flinke groep wel.
Met veel lawaai kondigen ze zichzelf al twee straten van tevoren aan. Breeduit over de smalle straat fietsend, als veertienjarige is de wereld er natuurlijk speciaal voor jou, verplichten ze automobilisten om stapvoets achter ze te blijven rijden.
Tussen al het gekakel en gejoel door hoor ik één meisje roepen. “Hey Lindsay en Jennifer, luister.” “Ja, wat?” roepen de meiden terug. “Nou, als jullie nu allebei een stukje van jullie borsten aan mij geven, dan heb ik ook wat. Dan ben ik ook blij.”
Al lachend, kakelend en joelend fietsen ze verder, met de volgauto’s op hun hielen. Ik had mijn earcandy van de dag weer gehad.
Allebei een tas van de Jumbo in de hand. Ze lopen door de straat. Zo op het eerste oog zouden het zo maar vader en zoon kunnen zijn.
Jongeman: ”Als ik nu om zeven uur wegrij, dan ben ik om kwart over zeven bij Tom. Om half acht halen we dan Miranda en Joyce op. Dan zijn we ruim op tijd voor het feest. Natuurlijk drink ik dan niet. Het feest duurt tot één uur, dus dan ben ik zo rond half twee thuis.”
De oudere man lacht hardop. “Mooi verhaal. Daar heb je goed over nagedacht. Maar helaas, nee blijft nee. Je mag de auto niet lenen vanavond!”
Ze parkeren hun milieuvriendelijke SUV’s toevallig naast elkaar. Twee stijlvol gekapte en geklede dames stappen uit. De ene een blanke dame, de ander een donkere dame.
Bijna simultaan openen ze de achterportieren van hun bolides om hun kroost te laten uitstappen. Terwijl de kinders naar binnen sprinten om één of andere les te gaan volgen, raken de dames in gesprek.
“Hey”, zegt de ene dame, “dat is lang geleden dat ik jou gezien heb.” “Ja hè,” zegt de andere. “Ja, ik was heel erg druk en we moesten er ook nodig even een weekje tussenuit naar de zon. Het was allemaal zo hectisch.”
“Ja,” zegt de ene weer, “je moet af en toe echt even aan jezelf denken”. Plotseling hoor ik een langgerekte “Jaaaaaaa, nu zie ik het. Ik vroeg me al af of jullie ook bruin konden worden, maar nu zie ik het inderdaad, je bent aardig verkleurd zeg”…………………