De jaren dat ik als ondernemer actief was in Roemenië heb ik meermaals aangehaald in m’n columns. Het gaat je ook niet in de kouwe kleren zitten wat er allemaal op je afkomt als je de lef hebt om te ondernemen met mensen en autoriteiten die werkelijk géén idee hebben wat commercie is.
Na enige jaren alle dagen tussen m’n diensten en tijdens m’n vakanties bij Holland Casino heen en weer te zijn gereisd naar Roemenië ‘stond’ m’n onderneming, we maakten winst en boden werk aan ruim 500 mensen. Regelmatig was er contact met de Nederlandse Ambassade, en werden we uitgenodigd voor allerlei bijeenkomsten.
Nederlandse bedrijven in Roemenië zoals Philips, SHELL, ING, en vele andere kwamen op initiatief van het Ministerie van BZ jaarlijks bij elkaar, ik werd als CEO van ‘S.C. VDH srl’ in 1996 ook uitgenodigd.
Bijeenkomst in een grote zaal met zo’n 80 deftige vertegenwoordigers van genoemde bedrijven werd door de zaakgelastigden van Buitenlandse Zaken gevraagd: “Welk bedrijf onder u maakt winst in Roemenië?” Iedereen keek de zaal rond, en één vinger ging omhoog. De mijne! Ja hoor, het was me gelukt; het was een voltreffer! BINGO was het toverwoord!
Erkenning door de aanwezigen was mijn deel, de Ambassade nodigde Angela en mij regelmatig uit voor feesten en bijeenkomsten.
Zoals de ontvangst van Hare Majesteit Koningin Beatrix in Palatul Elisabeta, viering van 5 mei 1997 met alle grote Nederlandse ondernemers in Roemenië en vertegenwoordigers van onze Nederlandse autoriteiten.
We mochten de Majesteit een handje gaan geven, en net toen ik aan de beurt was riep een stem vanaf een paar meter afstand: “André! Ce face?” (hoe gaat het?) Niemand minder dan de voormalige President van Roemenië Ion Iliescu riep me, hetgeen leidde tot een reikhalzende belangstelling van de aanwezigen.
Zoals gewoonlijk was Dhr. Iliescu omgeven door prominente Roemenen, terwijl de nieuwe President, Dhr. Constantinescu, zich eenzaam vermaakte met z’n koffie. Ik had de eerste Roemeense President na dictator Ceaucescu leren kennen toen hij nog in functie was bij de opening van het ‘Houten Klooster’ Barzana in Maramures, waar de non ‘Maica Filoftea’ eigenhandig met 10 jonge nonnen een door oorlogsgeweld geruïneerd klooster had herbouwd met gebruik van de bomen op het kloosterterrein.
Ik had als CEO ruim gesponsord, en meneer de President verrichtte de opening. In z’n dankwoord werd ik genoemd en kreeg ik ruim erkenning. Hij was dit niet vergeten! Later ontmoette ik Ion Iliescu in Sighetu Marmatiei tijdens het bezoek van de Roemeens/Amerikaanse schrijver Eli Wiesel.
Ondanks de uitstekende relaties met de Roemeense autoriteiten waren er op ministeries regelmatig wisselingen. De voor de vergunningen verantwoordelijke ministeries werden vooral aan de top gewijzigd. Na verkiezingen kwam er een andere wind, en weer dienden we ons te melden.
Zoals eerder vermeld in m’n columns waren we ‘niet gediend’ van het ‘vullen van opgehouden handen’ en het gevolg laat zich raden. Bezoek van ‘controleurs’, verzonnen overtredingen van de regels vastgesteld met als gevolg het schorsen van de licentie, met als gevolg geen werk voor 500 mensen en geen inkomsten!
Na een lastig proces gewonnen, we konden weer draaien! Een jaar later hetzelfde ‘ingrijpen’ van corrupte overheidsdienaren... Dat wint niemand op den duur, ook ik niet. Hoewel we voldoende bewijs hadden van de corruptie, zag ik er na overleg met onze Ambassadeur vanaf om een internationaal schandaal te creëren.
Ik hield van dit prachtige land, en ze waren juist op weg naar lidmaatschap van de EU en NATO. Geen schandaal, en nog steeds hou ik van Roemenië. Er volgden jaren met verschillende ambachten, zoals:
Leven in een klein dorp, als keuterboer, of werken op de taxi. Volgt: Schroothandelaren, opkopen oud legermateriaal, Donau clean up van gezonken schepen....