De revolutie had plaatsgevonden, dictator Ceaucescu werd verdreven en samen met z’n vrouw ter dood gebracht. De Roemenen konden eindelijk opnieuw beginnen na het communistische juk dat ze sinds het einde van de tweede wereldoorlog moesten dragen.
Ik was in 1974 actief in Roemenië, als ‘partner im schnee’ uitgezonden door Neckermann Duitsland, waar ik voor werkte sinds het voorjaar. Ik leerde het land goed kennen, niet in het minst door kennismaking met m’n eerste vrouw. Na een lange procedure mocht ik in 1977 trouwen in Boekarest, en m’n vrouw begroeten in Nederland.
Altijd droomde ik er van me te gaan vestigen in Roemenië, een land dat had geleden onder het communisme, en in 1989 was het eindelijk zover, na de val van ‘de Muur’ in Berlijn.
Het was voorjaar 1990, ik was naar Boekarest getogen om te proberen als eerste om een vergunning te krijgen voor het openen van een casino in het Hilton.
Op een avond kwam ik laat in m’n hotel (Hotel Bucuresti), had geen tijd gehad om te eten, maar gelukkig mocht ik nog plaatsnemen in het restaurant. Om te zorgen dat er niet meer gasten kwamen, werd me gevraagd om dichtbij de keuken plaats te nemen, onzichtbaar van buitenaf.
Toen ik had besteld en even zat te wachten, hoorde ik een stem tussen de lange, zware gordijnen - die het restaurant scheidden van de keuken - vandaan komen. “Sir, may I ask you something?” klonk een vrouwenstem. Ze bleef in het donker, onzichtbaar.
Pas toen ik antwoordde met: “Can I help you?” antwoordde ze met: “Is there anybody who will help me?” n stak haar hoofd tussen de gordijnen door. Ik schrok, maar keek in de wijd openstaande ogen (geen oogleden) van een compleet mismaakt gezicht. Geen neus, een aan de zijkant openende mond, geen lippen...
Ik keek en we zwegen beiden. Een halve minuut is dan lang, héél lang. Een voormalig geliefde had salpeterzuur in haar gezicht gegooid, en men had verzuimd met veel water het zuur te verwijderen. Het duurde een uur voordat dit was gedaan in het ziekenhuis. Na deze lange halve minuut zei ik (in het Roemeens): “Kom over een uur naar m’n kamer, en vertel me je verhaal.”
Ik at, en ging naar m’n kamer. Dacht na wat te doen. Ik herinnerde me de kennismaking met Engelbert de Baat, directeur-geneesheer van het Zuiderziekenhuis in Rotterdam, bij een van de vele party's die we mochten bijwonen in het Zuiderpark Hotel van m’n vriend Aad Jan Valster.
De laatste direct gebeld, om te vragen naar het telefoonnummer van Engelbert. Ook die gebeld en gevraagd of er iets gedaan kon worden voor deze jonge vrouw. Afgesproken dat ik een video zou maken van Cecilia Cercel, die zelf haar verhaal zou doen. Afspraak in het Zuiderparkhotel een paar dagen later.
Ik ging me bezighouden met papieren, visa en een aanbeveling van de Minister van Gezondheidszaken, Bogdan Marinescu. Alle medewerking werd verleend, aardig wel om te vertellen dat ik altijd ‘in het pak’ was, hetgeen in ieder geval leidde tot een positieve indruk. Liep zó het Ministerie binnen, vroeg naar de kamer van de Minister, klopte aan en begon met m’n verhaal. Ik kreeg direct een aanbevelingsbrief voor de Nederlandse Ambassade, waar ook alle medewerking werd verleend.
Na enige weken kon ik Cecilia ophalen van Schiphol, en ze verbleef bij ons thuis aan de Kranenburgweg te Den Haag. Voorwaar nogal een ingreep in ons gezin, met jonge kinderen.
Een jonge plastisch chirurg was bereid om Cecilia gratis te opereren, alleen verblijf in het ziekenhuis diende te worden betaald. Niemand minder dan Cok Steenbergen trok de knip, zodoende kon ik de rekening van het ziekenhuis betalen.
Cecilia kreeg meerdere operaties; eerst werden uit eigen huid oogleden gemaakt, na een dag of 10 kon worden begonnen met herstel van neus en mond. Tussentijds verbleef Cecilia in een pension ‘op zuid’.
Vervolgens terug naar Roemenië, meerdere huidtransplantaties aan het gezicht moesten nog worden verricht, een jaar later. Ze verbleef eerst bij ons thuis, na elke operatie kon ze zelfstandig herstellen in het pension ‘op zuid’. Ruim 1½ jaar na de eerste kennismaking kon Cecilia haar leven ‘met een gezicht’ weer oppakken...
Inmiddels was ik gestart met activiteiten in Brasov en Rimnicu Vilcea, de Roemeense onderneming liep uitstekend, én ik werkte nog 100% in Casino Rotterdam! In meerdere verslagen van m’n avonturen is terug te lezen wat er zich afspeelde. Als ik het zelf allemaal teruglees, hier zittend aan m’n PC met zicht op de verzorgde perken en bomen aan het Sorgvlietpark denk ik: ‘gotsammeliefhebbe!’ Hoe kan een mens dát allemaal volhouden?
Eind aan het verhaal over Cecilia was een verrassing, ik had in 1996 afgesproken met oud-collega (Zandvoort 1976-’79) Mark Ellman, die het ‘Palace casino’ leidde in Boekarest. Ze haalden de gasten op van vliegveld of hotel met een extra lange limousine; je voelt ‘m al aankomen...
Cecilia opgehaald met de limo, en een avond gegund in het prachtige restaurant in het casino Paleis. Ze was inmiddels weer toonbaar, met wat make-up zelfs aantrekkelijk te noemen.