Je kunt er heel serieus naar kijken of je kunt het een beetje relativeren. Het eeuwig durende kat- en muisspel tussen de overheid en de jeugd. Brave, de wet respecterende burgers. Dat moeten het worden. Voorzien van een rugzakje met daarin de juiste normen en waarden, een passende opleiding en de goede moraal om een positieve bijdrage te gaan leveren aan het welzijn en de welvaart van ons landje. Dat is de bedoeling.
Meestal komt dat ook wel goed. Kijk maar om je heen. Of kijk even naar jezelf. Ik ben geen historicus, maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat er altijd al een maatschappij geweest is waar “iets aan de hand” was. Grote maatschappelijke issues of wat kleinere rimpelingen. De opgroeiende jeugd in het algemeen heeft daar min of meer een constante rol in. De overheid, in principe wij volwassenen dus, wil heel graag dat ze A zeggen, maar vaak is B of C voor die groep een veel leukere optie.
De meest recente voorbeelden waarom ik hier aan moest denken zijn de Vapes en de Fatbikes. Om begrijpelijke redenen wordt er al heel lang campagne gevoerd om een rookvrije generatie te creëren. Roken is nu eenmaal slecht voor de gezondheid. Iedereen weet dat. Iedereen weet dat ook al op heel jonge leeftijd. Van alles is er geprobeerd. Prijsverhogingen, leeftijdsgrenzen, lelijke foto’s op de pakjes, het verbieden van smaakjes en nog wat drempels die opgeworpen zijn om het roken aan banden te leggen.
Serieuze, volwassen, onderzoekers hadden bedacht dat ze op die manier de jongeren wel onder controle zouden kunnen krijgen. Niet dus. Het is een serieus probleem dus daar mag je eigenlijk niet mee lachen, maar stiekem doe ik dat toch. Want nu staan ineens hele schoolpleinen vol met vapers. Legaal, illegaal, smaakje zus, smaakje zo. Voor een paar centen heb je al zo’n ding en het zit boordevol nicotine. Anderen komen met auto’s vol benzine en sigaretten terug ons landje in na een kort bezoekje aan Luxemburg.
“De jeugd heeft de toekomst” is zo’n mooi oud gezegde. Helemaal waar ook. “De jeugd laat zich niet temmen” is ook zo’n mooi oud gezegde. En ook helemaal waar. Jaren en jaren is er gesteggeld om die roekeloze jeugd op opgevoerde bromfietsen uit het straatbeeld te doen verdwijnen. Met een helmplicht in de jaren zeventig. Strenge controles en in beslagnames, Rollerbanken. Torenhoge verzekeringspremies voor schakelbrommers. Hey, apart, ze rijden ineens allemaal op een scooter. Blauwe en gele kentekens en nog een heleboel maatregelen.
Toen, op een mooie dag op één of ander ambtelijk bureau, werd de vlag gehesen. Nu hadden ze een regel verzonnen die echt zou gaan werken. Elk ijdel puberhoofd dat zich nog wilde gaan verplaatsen op zo’n gevaarlijk lawaai ding, moest bedekt worden met een helm. Al die zorgvuldig gestylde kapsels aan gort door er verplicht een dopje op te zetten. Dit zou wel eens het Eureka moment kunnen zijn waar ze al zo lang op gehoopt hadden. Eindelijk af van die brommende en snorrende verkeershooligans. Eindelijk veilig.
De dag dat de helmplicht ingevoerd werd, was de ambtenaar van het Eureka moment speciaal met de fiets naar zijn werk gegaan. Hij wilde met eigen ogen de overwinning op het jeugdige gespuis aanschouwen. Hij was nog maar net thuis vertrokken toen hij iemand irritant hoorde toeteren achter hem. Eenmaal ruimte gemaakt werd hij ingehaald door een manneke van een jaar of vijftien. Die zoefde hem voorbij op een soort fiets met hele dikke banden, zonder een trap op de pendalen te doen. Geen potje op zijn kop, maar de moderne coupe lekker fris in de wind. Met links hield hij een Vaper vast en met rechts was hij de laatste Snapchat updates aan het bekijken op zijn mobieltje.
De kat en de muis, a never ending story.