In de beginjaren van het baccarat spel is het een komen en gaan van gasten. Niet dat ze bankroet waren, nee; men kende het spel niet en veel was nieuw. Vanaf het eerste moment was ik erbij en werd als geen ander ingespeeld in de wereld van baccarat. Stond achter de bar waar ik drankjes en de hapje geserveerde voor de gasten. Voor anderen was het een leerproces voor mij als horeca zoon normaal, gangbaar.
Hein zwaaide de scepter en wist als geen ander mensen aan zich te binden. Hij was en is een man die mensen aan elkaar kan koppelen en zorgen dat er weer een spel op tafel komt. Ook kon hij zeer zakelijk zijn en ervoor zorgen dat hij degene en niemand anders was die besliste. Zijn woord was dan wet en hij formuleerde als een diplomaat. Dit alles in woorden en daden, en daar had hij dan ook schik in. Zo kon hij van dat schouwspel wel uren zitten te grinniken aan de bar, waar hij dan ook zijn bevestiging vroeg. Hij vond het zelfs geweldig als hij een protocol naar het hoofdkantoor versturen kon.
Hein was een chef die buiten zijn proportie ging. Zo zat hij regelmatig in speciale boeken die alleen bestemd waren voor mensen die in de tweede kamer een taak bekleden en niet een joch uit Maastricht . Hein kikte erop om het hoofdkantoor te prikkelen.
Er was een gebeurtenis die een dag eerder plaats gevonden had.
Hein moest een protocol schrijven aan het hoofdkantoor en deed dit op eigen wijze. Hij zei: “Henk, een kopje koffie kan ik nu wel gebruiken.” Hij grijnsde naar me en zei: “Henk, dít hebben ze nog nooit op het hoofdkantoor gehad van een employé.” En zoals Hein was had hij zo zijn binnenpretjes.
Het duurde niet lang of hij kwam met een schrijven, en vroeg: “Henk, kun je me vertellen of je het hiermee eens bent, of niet?” Ik bestudeerde de brief. Hij lachte en zei verder niets.
Ben vervolgens eens gaan kijken of ik deze brief, schrijven, protocol kon analyseren, want dit was koeterwaals voor mij. Hein lachte en kon niet meer bijkomen. Ik heb twee volle uren zitten lezen en kon er werkelijk geen chocola van maken. Absoluut niets is in me opgekomen, ik begreep er niks van.
Hein had de hele brief (protocol geschreven naar het hoofdkantoor). Ze hebben hem gebeld of hij degene was die de analyse van dit gesprek kon voeren. JA HOOR, HIJ LACHTE. “Geen probleem vertel het maar, wat willen jullie weten, dan leg ik dit wel uit aan jullie.” Hein had een protocol voor het hoofdkantoor helemaal geschreven in spiegelschrift, daar was hij geniaal in. Om de zaken iets eenvoudiger te maken had hij deze vorm van protocol ook achterstevoren geschreven. En als toefje op de pudding in ministertaal.
Op het hoofdkantoor hebben ze zich na uren van ‘wetenschappelijk onderzoek’ gepoogd een analyse te maken van deze brief, maar hebben tenslotte de handdoek gegooid en gevraagd of hij de brief kon toelichten. Dat ging echter wel in de taal van een ministerie. Geen hond die wist hoe het in elkaar zat en Hein die Lachte maar..
Hein, je was voor mij een geweldig en respectvol collega, en dat je het hoofdkantoor een poets wilde bakken daar stond ik toen nog 100% achter geweldig man heb het nog nooit zo beleefd. Je bent de eenzame cowboy in de prairie.
Groetjes Henk Vinck