Hoewel sommigen van ons terugverlangen naar de Gulden, zitten we inmiddels al weer 16 jaar ‘vast' aan de Euro. Inmiddels zitten de 1 en 2 eurocentjes behoorlijk in de ban en hebben enkele briefjes een make-over gekregen, maar verder is er weinig veranderd in die tijd. Maar waar komt ons geld eigenlijk vandaan? Oftewel, waar worden die briefjes gedrukt en de munten geslagen?
Misschien denk je bij die vraag wel meteen: ‘o dat is makkelijk, dat is natuurlijk de Nederlandsche Bank'. En eerlijk is eerlijk, ik moest ook even nadenken en ben inderdaad begonnen met zoeken bij de Nederlandsche Bank. Maar dit is een toezichthouder voor ons monetaire systeem, en niet de maker van ons geld.
Even verder denken, en dan kom je waarschijnlijk met de Koninklijke Munt op de proppen, net als ik :-) En dat klopt ook, hier worden de Nederlandse Euromunten geslagen.
Het van oorsprong van de overheid zijnde bedrijf is al in 1567 ontstaan, en de naam laat geen onduidelijkheid over de werkzaamheden: het voorzien van muntgeld. Inmiddels is het bedrijf in particuliere handen (sinds 2016 is Groep Heylen eigenaar van Koninklijke Munt) en doet het wel meer dan alleen geld produceren.
Tot 2013 was er in het gebouw van de Koninklijke Munt een museum gevestigd, wat (uiteraard) alles te maken had met munten en medailles. In 2004 werd dit al eens samengevoegd met het Penningkabinet en de numismatische sectie van De Nederlandsche Bank, maar toen in 2013 de subsidie van het rijk werd stopgezet is het museum opgedoekt. De collectie is weer onder beheer van de Nederlandsche Bank gekomen. Er is geen museum meer, maar er is onder bepaalde voorwaarden wel toegang tot het culturele erfgoed.
In de 19e eeuw had 's Rijks Munt een aparte afdeling voor het drukken van postzegels. Maar we kennen de Munt waarschijnlijk het beste van de herdenkingsmunten die daar geslagen worden. Bij bijzondere (culturele) gelegenheden mag een land een bijzondere munt uitbrengen. Vaak zijn dit munten met een afwijkende waarde (bijvoorbeeld €5 of €10) en soms ook in goud of zilver. In het land van herkomst is het een wettig betaalmiddel maar vaak worden deze munten verzameld. We kennen vast nog wel een opa, oma, oudtante ofzo die nog een zilveren vijfje of tientje uit het Guldentijdperk heeft bewaard. Deze zijn nu een stukje meer waard (uiteraard afhankelijk van de kwaliteit) maar zijn vooral een mooi verzamelstuk en aandenken aan een andere tijd.
De Munt slaat overigens niet alleen munten voor Nederland, er zijn een aantal staten in Europa die geen eigen muntenhuis hebben en dus anderen inhuren. Zo worden in Nederland Euromunten geslagen voor Luxemburg, Malta en Slovenië. Vrijwel alle andere Eurolanden hebben wel een eigen muntenhuis, en daar worden dus hun munten geslagen.
Zoals je wellicht weet, heeft elk Euroland zijn ‘eigen' munten. Waar het briefgeld, op een code na, allemaal gelijk is, hebben de munten kenmerken die bij een bepaald land horen. Vooral na introductie van de Euro was het een sport om zo snel mogelijk alle munten uit alle landen te verzamelen, er waren heel wat verzamelmappen in omloop. Iedereen die op vakantie ging kon rekenen op de vraag: ‘neem je buitenlandse Euro's mee als je die tegenkomt?'
Zowel de ‘kop' van de munt als de eventuele tekst op de rand is per land anders, de muntkant is wel overal gelijk.
De verdeling van de Eurobiljetten gaat via de Europese Centrale Bank. Ook daar worden de biljetten niet gedrukt, dit wordt uitbesteed aan een aantal drukkerijen verspreid over Europa.
De ECB doet de verdeling niet alleen, hierbij worden zij gevoed met info vanuit de centrale banken uit de Eurolanden. Hier komt de Nederlandsche Bank dus wel om de hoek kijken. De centrale banken geven een prognose af. Deze is gebaseerd op een te verwachten aantal te vervangen briefjes en voldoende nieuwe voorraad om bijvoorbeeld seizoenspieken op te vangen. Vanuit al die prognoses maakt de ECB één centrale prognose en stuurt dan de centrale banken weer aan om een bepaald aantal biljetten te laten drukken.
Ook hier is de Nederlandsche Bank weer betrokken, zij krijgen dus opdracht om in Nederland een bepaald aantal biljetten te laten drukken. Het drukken gebeurt in een zwaar beveiligde drukkerij die (vanzelfsprekend) aan allerlei eisen moet voldoen.
In Nederland worden de biljetten gedrukt door Joh. Enschedé in Haarlem. Niet alle biljetten die daar gedrukt worden worden in Nederland uitgegeven. Alle gedrukte biljetten uit alle landen worden gepooled en vervolgens onder alle centrale banken verdeeld voor uitgifte. Zo wordt veiligheid en uniformiteit gewaarborgd. In het totaal zijn er zo'n 19 van die beveiligde drukkerijen in Europa.
Naast de uitgifte van nieuwe biljetten en de afschrijving van oude biljetten die uit de roulatie zijn genomen, blijven biljetten natuurlijk niet binnen de landsgrenzen. Iedere reiziger neemt geld mee uit zijn eigen land en geeft dit uit in land van bestemming, of heeft geld over na de reis en neemt dit weer mee naar huis.
In Nederland hebben we bijvoorbeeld meer buitenlandse biljetten in roulatie, dan Nederlandse. Hoe je dit kunt zien? Elk biljet heeft een serienummer, de letter van het serienummer bepaalt in welk land het biljet is uitgegeven. Zo staat de P voor Nederland. Sinds 2013 heeft een Eurobiljet een serienummer met 2 letters, de eerste is dan de drukkerijcode.
Tevens staat er nog een andere code op het biljet (deze is minder prominent aanwezig), dit is de drukkerijcode. De eerste letter geeft aan in welke drukkerij het biljet gedrukt is. Dit kan dus afwijken van het land van aangifte, zoals we hierboven hebben gezien. De overige getallen staan voor het plaatnummer en de positie op de plaat (rij en kolom).
Tien jaar geleden hadden we in Nederland 22% Duitse biljetten in de portemonnee. Daarnaast kwam 19% uit Frankrijk, 11% uit Oostenrijk en 10% uit Spanje. Uiteraard is dit een momentopname en zal dit rond vakantieperiodes wellicht anders liggen, maar het geeft wel aan hoe ‘reislustig' we zijn.
Als er nu veel biljetten uit een land verdwijnen naar een ander land, is dit niet handig. In 1 land kan een tekort ontstaan, waar een ander land een overschot aan (bepaalde) biljetten heeft. De ECB draagt dan centrale banken op om de biljetten te herverdelen zodat de verdeling weer eerlijk(er) is.
Er zit bepaalde logica achter de serienummers. Middels een zogenoemde checksum kun je een echtheidscheck doen, als die som niet klopt dan heb je waarschijnlijk een vervalsing te pakken.
De checksum bestaat eruit dat alle getallen uit het serienummer bij elkaar worden opgeteld. Indien de uitkomst uit meerdere cijfers bestaat (dus groter is dan 9) moeten die weer bij elkaar worden opgeteld, net zo lang tot er een getal van één cijfer overblijft. Dit cijfer moet vervolgens corresponderen met de landcode (de letter of tweede letter van het serienummer). Hieronder de tabel:
Code | Land | Uitkomst checksum (zonder letter) |
Z | België | 9 |
Y | Griekenland | 1 |
X | Duitsland | 2 |
V | Spanje | 4 |
U | Frankrijk | 5 |
T | Ierland | 6 |
S | Italië | 7 |
P | Nederland | 1 |
N | Oostenrijk | 3 |
M | Portugal | 4 |
L | Finland | 5 |
H | Slovenië | 9 |
G | Cyprus | 1 |
F | Malta | 2 |
E | Slowakije | 3 |
D | Estland | 4 |
C | Letland | 5 |
B | Litouwen | 6 |
Echt geld wordt op katoenpapier gedrukt, dit voelt anders aan dan gewoon papier. Pak maar eens een bankbiljet en voel eens bewust, dan merk je dat het speciaal papier is. Ook wordt er gebruik gemaakt van speciale inkt, waardoor bepaalde stukken biljet dikker aanvoelen en de tekst of tekening erop lijkt te liggen.
Elk biljet heeft zijn eigen hologram, een stukje zilverpapier met een 3D print erin. Ook zit er een ‘draad' in het biljet, als je het tegen het licht houdt zie je daar heel klein de waarde in staan.
Als je het biljet toch tegen het licht houdt, zou je ook het watermerk moeten zien (een tekening in het papier, op basis van schaduw en licht).
Sommige biljetten hebben hun waarde in iriserende inkt erop staan, deze verandert van kleur als je het biljet kantelt. Ook staat er op elk biljet kleine teksten, te zien met een vergrootglas. Deze tekst (of cijfers) moeten altijd scherp zijn.
Als laatste kun je onder een UV lamp bepaalde delen van het biljet zien oplichten, en onder infrarood vallen bepaalde delen juist weg. Voor alle info check de site van DNB.