Wanneer er goud uit de grond wordt gehaald gebeurd dit vaak door in een mijn te werken. In deze mijn werken mensen en machines om het goud eruit te krijgen. Dit principe kan je vergelijken met het minen van bitcoins. In plaats van fysieke arbeid worden er nu rekensommen opgelost door computers. Dit is het digitaal minen naar bitcoins.
Het minen is nodig om de transacties in het bitcoin netwerk van a naar b te sturen. Daarnaast moeten deze transacties ook in de blockchain (het digitale grootboek/administratie) worden bijgeschreven. Dit grootboek, de blockchain, wordt dus continu geüpdatet en naar iedereen verspreid die zich in het bitcoin netwerk bevindt. Voor dit minen heb je dus een computer nodig en vaak ook speciale hardware.
Omdat het veel rekenkracht, en dus stroom kost, worden de miners beloond met bitcoins. Het protocol achter bitcoin is zo opgebouwd dat hoe groter het netwerk van gebruikers wordt hoe moeilijker het wordt om een bitcoin te minen. Dit wordt ook wel de moeilijkheidsgraad (difficulty) genoemd. Hoe moeilijker dit wordt hoe meer rekenkracht je nodig hebt voor het oplossen van de rekensom. Wanneer jouw computer een rekensom heeft opgelost wordt je beloond met bitcoins, je hebt immers bijgedragen aan het in stand houden van het netwerk.
De huidige beloning is dat je 12.5 bitcoins verdient wanneer jij de rekensom oplost. Deze rekensom begint om de 10 minuten opnieuw. Zo kunnen er dus maar een maximaal aantal bitcoins per dag bijkomen. Daarnaast wordt om de zoveel tijd de moeilijkheidsgraad aangepast. Dit zorgt ervoor dat je bijvoorbeeld in plaats van 12.5 bitcoins, je beloning naar 6 bitcoins kan gaan.
Door deze insteek wordt het steeds moeilijker om bitcoins te vinden, het kost dus steeds meer rekenkracht (en meer stroomkosten). Doordat de vraag naar bitcoin groot is en er schaarste wordt gecreëerd met dit principe stijgt de bitcoin steeds in prijs. Het protocol achter bitcoin is zo opgebouwd dat rond het jaar 2040 de laatste bitcoin zal worden gemined.
Omdat de moeilijkheidsgraad van bitcoin steeds hoger wordt en dus het netwerk groter en groter wordt, zie je dat het stroomverbruik omhoog gaat. Op de website van digiconomist kan je zien wat het actuele stroom verbruik is om bitcoins te minen.
In de media lees je regelmatig berichten dat het stroomverbruik uit de hand is gelopen en het minen nu net zoveel stroom verbruikt als een land als Denemarken of Ierland. Zo op het eerste gezicht lijkt dit heel erg veel, en dat is het natuurlijk ook. De reden dat het zoveel verbruikt is omdat het steeds meer computerkracht kost om bitcoins te kunnen minen. Stel je nu eens voor dat het stroomverbruik van alle financiële instellingen in de wereld bij elkaar wordt opgeteld, hoeveel dit is weten wij ook niet.
Maar dat het meer dan het bitcoin verbruik is durven we wel te zeggen. Bitcoin is een wereldvaluta/store of value, als dit de vervanger van banken en dergelijke is, is dat dan juist niet veel voordeliger qua stroomverbruik? Dit is een veronderstelling maar de boodschap is: probeer altijd iets verder te kijken dan de media je voorschotelt, er zitten vaak veel meer haken en ogen aan dan dat ene mediabericht.
Ook heeft het grote stroomverbruik een doel: het tegenhouden van hackers. Het bitcoin netwerk is namelijk nog nooit gehackt, dit komt omdat het netwerk continue gecheckt wordt door de miners en afwijkingen direct opvallen omdat bijvoorbeeld het grootboek wordt aangepast. Het biedt dus ook een stukje veiligheid. Wel hoor je vaak dat er bitcoins gehackt zijn, maar dit zijn vaak handelsbeurzen die gekraakt worden. Daarom is veiligheid zo belangrijk wanneer je cryptocurrencies bezit!
Ja dat kan maar of het verstandig is: waarschijnlijk niet. Je hebt zoveel rekenkracht nodig dat een gewone computer niet meer volstaat. Tegenwoordig worden bitcoins gemined in zogenoemde farms. Daarnaast kan je soms ook betalen aan een miner zoals Genesis Mining. Je sluit hierbij een contract af voor een bepaald stroomverbruik. In ruil daarvoor krijg je de cryptocurrency die je kiest om te laten minen voor je.